“Eew, hij likt mijn hand!” Voor de kinderen van groep 4 van de Caecilia-school uit Berkel- Enschot voelt dat heel raar: de tong van een kalf aan je hand. De meesten voeren de beesten ook voorzichtiger: ze strooien de korrels nét binnen het bereik van die kalverbek, zodat de kalveren er zelf bij kunnen. Het smaakt ze goed, zo te zien.
Tekst: Gerard Sanberg
Foto’s Gert-Jan Remmers
“Jaja, ze worden vandaag verwend”, glimlacht boerin Ellie Fonken. “Ach, dat mag wel een keer.” De kalveren vermaken zich best - en de kinderen ook. In het midden van de stal staat een kruiwagen vol voer: de korrels. De kinderen scheppen er met hun handen telkens een haffeltje uit en benaderen dan de kalveren – meestal voorzichtig, maar een enkeling laat zich niet kennen en houdt inderdaad z’n hand op voor die vochtige snuit. Dan strijkt een natte koeientong over de kinderhand en dweilt de korrels naar binnen. Smak smak.
Onbekommerd ronddarren
Boerin Ellie vindt het wel genoeg: de kruiwagen mag leeg, maar er is nóg een groep en die moeten ook kunnen voeren. De kinderen verzamelen zich rondom haar voor uitleg. Voor boer spelen en tegelijkertijd schoon blijven is er niet bij, blijkt: de leggings en spijkerbroeken en blote knieën wemelen van stofplekken en strootjes en ander ongerief. Dat maakt allemaal niet uit want onbekommerd ronddarren in het stro hoort bij het boerenbedrijf – hoewel boerin Ellie onberispelijk oogt op haar rood-met-witte stippen klompen en met haar gele, Week van de Klasseboer t-shirt. Want het is De Week van de Klasseboer en daar moeten we het over hebben, niet iedereen weet tenslotte hoe dat zit.
Alle koeien heten Annie?
“In die week komen schoolklassen kennismaken met het boerenbedrijf”, vertelt Ellie Fonken (56 jaar en getrouwd met boer Kees Fonken). “Kees en ik doen dit al vele jaren hoor. Zo laten we kinderen zien waar hun eten vandaan komt.” Dit jaar is het thema ‘Eten wat de pot schaft’, een zinsnede waarmee kinderen tegenwoordig niet zo vertrouwd zijn. Maar op deze maandagochtend schaft de pot pannenkoeken en daarmee zijn ze natuurlijk wél vertrouwd. Ellie: “Wij geven ze onze eigen producten te eten, de melk en de eieren zijn van hier.
Alleen het meel komt van buiten.” Het bakken van de pannenkoeken gebeurt in de schuur ernaast en de geur van pannenkoeken vermengt zich met een vage mestlucht. Een aparte combinatie! Ellie: “Ze maken zo op een heel directe manier kennis met de agrarische sector, daar is het ons natuurlijk óók om te doen.” De kinderen genieten in elk geval volop, te horen aan het enthousiaste vragen waarmee ze Ellie bestoken. Hoe die koe heet? Ellie kijkt even goed en geeft dan het antwoord: “Annie” En glimlachend tegen de juf: “De kinderen denken altijd dat ik alle koeien bij naam ken, maar voor mij heten ze allemaal Annie.”